Bijbelstudies
- Maar eerst de kaper uit de cockp...
- Bruggenhoofd
- Blijdschap kwijt
- Kijk met Kerstmis verder dan de ...
- Het leven van Abraham
- Het huis van God
- De Tabernakel - De gemeenschap m...
- Openbaringen uit de Openbaring...
- ADVENT
- REVOLTE - Een studie over 1 Samu...
- 10 Redenen waarom wij bidden...
- De tijdperken en gebeurtenissen ...
- Een koningin gezocht
- 10 Redenen waarom God mens werd...
- Een allernieuwst testament...
- De betekenis van kerstmis...
- Het Wonder Van Het Pinkstergebeu...
- Het Wonder Van Het Pinkstergebeu...
- Verkondigt alle landen
- Leven uit de rechtvaardigmaking...
- Leviticus
- Een vreemd antwoord
- Is dat nu een God van liefde...
- MATTHEUS
- JOHANNES 3:16
- De feesten des HEREN
- Goddelijke geheimen uit Galaten...
- De gouden keten
- Getuige worden van Zijn opstandi...
- Pasen - en dan
- Hij is het
- Consequenties van het grote kers...
- Flakkerende kaarsjes of een vlam...
- KERSTFEEST - maar nu eens een ke...
- Is het geen waanzin om te zingen...
- Kerstfeest: Oorlogfeest! (1968)...
- ADVENT - In het licht van het ni...
- Voor die engelen was het maar ge...
- ADVENT - En het geheim van een a...
- Opwekkingen in de bijbel Hizkia...
- Ezra - opwekkingen in de bijbel...
- Hemelvaart - Het machtige feest ...
- Pinksteren en de gemeenschap van...
- Pinksteren en de gemeenschap van...
- Redding of Roeping
- Hemelvaart - De grootste der chr...
- Hemelvaart - Christus leeft in m...
- Hemelvaart - Een mens op Gods Tr...
- Hemelvaart - De verheerlijkte He...
- De Beker
- De Tabernakel
- De toekomst begint vandaag!...
- Judas en ik...
- Mozes, een teleurgesteld man...
- Kerstfeest en onze frustraties!...
- Het geloof van Herodes!...
Bijbelstudie: Judas en ik...
Judas en ik...
Judas was niet zo heel veel beter dan wij. Toegegeven, hij heeft Christus misschien veel beter gediend, diep innerlijk echter was hij toch niet zoveel anders.
Waarom hij dan zoveel beter lijkt? Laten we maar eens zien!
Judas wilde luisteren.
Er is in zijn leven een ogenblik geweest dat hij voor de allereerste keer hoorde van Jezus. Of hij zijn schouders heeft opgehaald, medelijdend heeft geglimlacht of ermee gespot, daarvan weten we niets. Allemaal mogelijk.
Wat we wel weten is dat Judas niet zo stom eigenwijs was als wij dikwijls, dat hij bij voorbaat nergens van wilde weten. Want toen Jezus ook zijn stad bezocht en iedereen naar buiten liep om de 'de nieuwe profeet' te zien en te horen, was Judas eveneens van de partij!
Hij was onder de scharen, die zich om Jezus verdrongen, reikhalzend uitkijkend wat er te zien zou zijn. Hij wilde tenminste luisteren.
Judas werd gegrepen.
Wij moeten ook toegeven dat Judas die dag gegrepen werd, ontzaglijk gegrepen. Het was ook machtig om te zien, hoe zieken genezen werden, kreupelen opsprongen en dansten van vreugde, melaatsen gereinigd werden en mee te maken dat een blindgeborene in de grootste verrukking om zich heen keek naar mensen en bloemen en planten en bomen, naar bergen en luchten en het diepblauwe meer. Zij het dan door wat hij hoorde en zag of door beide, Judas' belangstelling was gewekt en het liet hem niet meer los. Misschien heeft hij direct wel gevoeld dat dit een keerpunt in zijn leven zou zijn. In elk geval kunnen we niet loochenen dat het gebeurde een blijvende indruk op hem heeft gemaakt en hij niet direct zonder meer overging tot de orde of wanorde van de dag, zoals wij.
Judas volgde Jezus.
Judas ging zelfs zover dat hij Jezus begon te volgen, dit moeten we eveneens toegeven. Hij nam niet, zoals wij, de houding aan van 'dat hebben we ook weer gezien, wat volgt?', maar hij bleef er aandacht aan schenken. Hij moest en zou er meer van weten.
Toen kwam ook de dag dat Jezus hem riep, hij zou als één van Zijn naaste volgelingen mee mogen gaan!
Dit heeft hij met blijdschap aanvaard en van toen af trok hij mee door stad en land, zeven dagen per week. Welk een tegenstelling met ons, die zo dikwijls uitgaan van het standpunt 'Nu, dat is goed voor de zondag, maar verder door de week moet je nuchter blijven en met beide benen op de grond'.
Judas bracht offers.
Verder moeten we ook nog toegeven dat hij grote offers zal hebben gebracht. Zijn beroep bijvoorbeeld moest hij eraan geven. Wat hij geweest is weten we niet. Misschien heeft hij wel in de financiële wereld gezeten, gezien zijn benoeming tot penningmeester van de groep. In elk geval heeft hij iets los moeten laten, heeft hij huis en haard vaarwel moeten zeggen om met die 'Vreemdeling van Galilea' mee te kunnen trekken. Dit, terwijl zo velen van ons nog nooit een offer hebben gebracht! Wat ons geld betreft, doen we meestal in het collectezakje wat we goed kunnen missen, meestal zelfs minder dan dat!
Onze tijd geven we als het zo uitkomt en we niets 'belangrijkers' te doen hebben. En dan nog alleen maar wanneer we er werkelijk zin in hebben of het voor ons goed fatsoen niet kunnen laten.
Judas was enthousiast.
We kunnen ook niet loochenen, dat toen Judas met de Grote Meester door het land trok, hij dit met groot enthousiasme zal hebben gedaan, in het begin in elk geval.
Het was ook iets groots! Er gebeurden zulke wonderen! Hij werd ook helemaal meegesleept door dit nieuwe leven. De ene emotie volgde op de andere. Een heel nieuwe wereld was voor hem opengegaan. Hij was er helemaal in! Nee, we kunnen allerminst beweren, dat hij was zoals de meesten van ons, die nog nimmer van hun leven enthousiast zijn geweest voor de zaak van Christus.
Judas hielp anderen.
Dan is het ook ongetwijfeld zo geweest dat Judas voor velen een grote hulp was. Hij mocht meehelpen om zieken te genezen en de boodschap van het koninkrijk te verkondigen. Hij zal zich voor anderen hebben uitgesloofd. Hij zal zijn beste krachten voor zijn medemensen overgehad hebben. Wie weet met hoeveel mensen hij heeft gesproken, met hoevelen hij heeft gebeden.
Wie weet hoeveel mensen getuigd hebben dat Judas hun tot grote zegen is geweest!
Nee, we kunnen niet tegenspreken dat Judas in dit opzicht heel anders was dan de meesten van ons die nog nooit een ander tot Christus hebben gebracht, nog nooit zelf een ander op Hem hebben gewezen of er ook maar de geringste moeite voor hebben gedaan! En die toch nog de onbeschaamdheid hebben zichzelf 'christelijk' te noemen.
Judas bleef trouw.
We kunnen er ook niet onderuit dat Judas trouw bleef toen anderen zijn Meester verlieten. Voor velen werden namelijk de consequenties te groot en we lezen: Van toen af keerden vele van zijn discipelen terug en gingen niet langer met Hem mee. Joh. 6:66.
Het volgen van Jezus was toch blijkbaar niet zo leuk geweest als zij eerst hadden gedacht. De eerste bekoring was er af. Er viel ook een prijs te betalen. Men kneep er nu maar rustig tussenuit. Judas echter niet! Terwijl anderen deserteerden, bleef hij op zijn post. Dat wij niet deserteren is meestal omdat er niets te deserteren valt, wij zijn stomweg nog nooit werkelijk begonnen om Jezus te volgen!
Judas en het geld.
Hier komen we dan tot Judas' zwakke punt. Misschien zeggen we dat hij Jezus alleen maar trouw bleef om het voordeel dat hij er zelf van had, we beoordelen anderen meestal naar onszelf. En we zouden kunnen onderstrepen hoe scheef hij hier gegaan is, hoe wanhopig scheef, door geld te verdonkeremanen dat voor anderen bestemd was, voor armen nog wel, een misselijke wandaad.
Eerlijkheidshalve echter moeten we ook hier zelfs nog toegeven dat hij het er beter afgebracht heeft dan de meesten van ons! Want hij zal altijd nog wel een belangrijk deel van het hem toevertrouwde geld hebben afgedragen daar waar het moest, wij daarentegen houden praktisch alles waarover de Heer ons als rentmeester heeft gesteld, voor onszelf! Hij heeft in elk geval toch nog wel wat voor de armen gedaan. Wij denken in het algemeen alleen aan ons zelf. Zending en evangelisatiewerk kwijnen doordat de 'christenen' er de voorkeur aan geven zich in betrekkelijke luxe te baden in plaats van te leven voor de Grote Roeping der Kerk.
Van welke kant we de zaak ook bezien, we kunnen er werkelijk niet onderuit dat Judas het er heel wat beter heeft afgebracht dan wijzelf.
En dan zouden we onze troef kunnen uitspelen en zeggen: "Maar Judas heeft Jezus toch verraden!" Tegelijk weten we dan echter ook het antwoord: "Wij dan niet?"
Hebben we Hem niet duizendmaal verraden en gaan wij niet elke dag door Hem te verraden, ondanks al ons vrome 'christelijke' gedoe?
Judas is gevallen, heel diep gevallen. Inderdaad, omdat hij tot een geestelijke hoogte was gekomen, van waaruit hij deze diepe val kon maken. Wij leven echter geestelijk zo laag bij de grond, dat wij niet verder kunnen vallen. En toch..., en toch..., we blijven volhouden dat Judas niet zo heel veel beter was dan wij. Zelfs niet ondanks zijn gewilligheid om te luisteren, zijn gegrepen zijn, zijn volgen van Jezus, zijn brengen van grote offers, zijn enthousiasme, zijn helpen van anderen, zijn trouw aan zijn Meester en zijn dienst aan de armen. Hoe we dat kunnen zeggen? Laten we even nagaan wat de diepste oorzaak was van zijn val, dan zullen we het wel begrijpen. Hoe was het mogelijk dat die geldduivel hem zo te pakken kon krijgen?
Het kwam zo, met al zijn goede bedoelingen en met al zijn werk voor de Meester, had er één ding ontbroken! Hij was wel enthousiast geweest voor het werk, enthousiast om anderen te helpen, om op de voorgrond te treden en grote dingen te doen, maar...en nu komt het...,
er ontbrak een werkelijke, diepe, innerlijke band met Jezus.
Hij had zijn hart verpand aan het werk, maar niet aan zijn Meester! Hij had zich vreselijk druk gemaakt voor 'de zaak' van Christus, maar nooit werkelijk voor Christus zelf. Nooit was er een echt warme genegenheid geweest tussen hem en zijn Heer. Hij had helemaal geleefd voor 'het werk', voor 'iets', maar niet voor Jezus als Persoon, niet voor Iemand. Enthousiasme voor een zaak slijt echter op den duur. Indrukken vervagen. Wat we eerst geweldig vinden, lijkt later zo heel gewoon. En dan gaat het scheef, onherroepelijk scheef, als er niets diepers is om ons vast te houden! Dit was het wat Judas ontbrak.
De tijd kwam dat het grote licht in zijn ziel begon te minderen, langzaam, haast onmerkbaar in het begin. Tegelijkertijd kwamen andere dingen van vroeger weer boven. Want toen dat grote licht er nog was, speelde het geld voor hem geen rol, had het op hem helemaal geen vat. Maar met het minder worden van het licht, kwam dat weer naar boven wat vroeger zijn leven had beheerst. En hoe meer hij eraan toegaf, des te meer ebde het licht weg.
Toen kwam dan ook het ogenblik dat hij zwichtte voor de verleiding en greep naar het geld, voor anderen bestemd. Laten we niet denken dat hij dit maar zo gemakkelijk deed! Wie weet hoe lang hij heeft geaarzeld, hoe lang de gedachte door zijn brein spookte eer hij tot de daad zelf kon komen. En wie zal ook weten welk een wroeging hij heeft gehad en hoe moeilijk hij het vond om nu, na zijn val Jezus weer onder ogen te komen. De tweede keer ging het gemakkelijker... Daarna gleed hij bergafwaarts, heel snel... Alles, nogmaals, omdat hij geen werkelijk persoonlijke band had met Jezus. Judas heeft wel zijn waarschuwingen gehad, net als wij. Op de avond voor palmzondag heeft hij een schitterende preek gezien. Ja, inderdaad, gezien! Het was bij Maria en Martha aan huis. Joh.12. Maria nam een heel dure kruik met reukolie zoals toentertijd bij zeer bijzondere gelegenheden werd gebruikt en goot het over de voeten van Jezus. Op dat moment zag Judas hoever iemands toewijding en liefde kunnen gaan. Daar was Maria, niet enthousiast voor 'de zaak', maar diep toegewijd aan de Persoon van Jezus zelf.
Zou het toen niet heel even door Judas zijn heengegaan: 'Zo zou ik ook wel willen zijn!'?? Een goed voorbeeld werkt immers aanstekelijk. Wanneer hij dat een ogenblikje heeft gedacht, dan heeft hij echter die gedachte onmiddellijk weer verdrongen en kwam in zijn ziel de donkere macht van de geldduivel weer boven. 'Zonde van al dat geld dat eraan verknoeid is', was ongeveer zijn commentaar. 'Had beter aan armen - hij bedoelde zichzelf - gegeven kunnen worden!' De volgende dag, palmzondag, juichte hij mee met de schare. Hosanna! Hosanna! Maar vanbinnen was het koud en dood.
Enkele dagen later, lezen we, toen voer de satan in hem. Heel kort daarop was hij dood.
Van het volgen van Jezus ging het tot een bezeten zijn door de duivel, verraad en toen zelfmoord. Alleen omdat hij niet werkelijk Jezus had liefgehad, een persoonlijke band met zijn Heer had gehad.
Hebt u die?
Nee, Judas was niet zoveel beter en evenmin slechter dan wij! Wij kunnen ook jarenlang naar de kerk gaan, uit sleur of uit overtuiging, wij kunnen geloven zoals Judas ook deed, wij kunnen het tot op zekere hoogte ook menen en dat alles zonder ooit werkelijk een persoonlijke band met Jezus te hebben.
Hebt u ooit echt uw hand in Zijn doorboorde hand gelegd en Hem werkelijk als uw persoonlijke Heer en Vriend aanvaard?
Voor veel mensen betekent de kerk veel meer dan Jezus zelf! Voor sommigen betekent 'het werk' veel meer dan Hijzelf.
Wordt het misschien niet ook voor u tijd om uzelf aan Hem te geven, helemaal en zonder reserve? Hij heeft Zich gegeven voor u, ook helemaal en zonder reserve! Hij wil Zich ook nu aan u geven als uw heel persoonlijke Redder, Koning en Vriend.
Met Judas ging het verkeerd, met Petrus daarentegen kwam alles weer terecht, ondanks die vreselijke verloochening van zijn Meester. Dat kwam doordat Petrus wel een persoonlijke band had met Jezus. Ondanks zijn zwakheid en zonde had hij toch werkelijk zijn hart aan Christus verpand, had hij diep innerlijk Jezus in zijn hart aanvaard.
...allen, die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven om kinderen Gods te worden... Joh.1:12.
Als u dat nog niet gedaan hebt, wilt u het dan doen? Nu doen?!
S.S. WILSON
Nawoord:
De vraag werd gesteld of het woord 'beter' niet veranderd moest worden in 'slechter'.
En dit is ons antwoord:
In zijn roeping als Bijbelleraar heeft Sidney degenen die hem hoorden of zijn geschriften zouden lezen aan het denken gezet over wat GOD in Zijn Woord ZEGT, ongeacht een algemeen geaccepteerde mening bij mensen.
Nu is Judas iemand, die bij het overgrote deel van de christenheid bekend staat als 'verrader', zonder dat men zich ooit in de persoon van Judas heeft verdiept. Sidney heeft dit dus wel gedaan, zonder klakkeloos een gangbare mening over te nemen. Hij heeft vanuit de Bijbel een totaalbeeld gedestilleerd van wie Judas eigenlijk was.
In dat licht is de eerste regel "Judas was niet zo heel veel beter dan wij" in ieder geval positiever uitgedrukt dan "Judas was niet zo heel veel slechter dan wij". En het doet ons vooral voorzichtiger zijn om Judas een trap na te geven, en zonder meer over te nemen wat door iedereen gedacht wordt.